Trefwoord Senate

De Romeinse generaal Maximus wordt ter dood veroordeeld door Commodus, de boosaardige troonopvolger van Marcus Aurelius. Maximus kan op het nippertje ontsnappen, maar zijn vrouw en zoon worden bruut vermoord.

Wanneer de slechte Trade Federation van plan is om de vredige planeet Naboo te veroveren, moet de Jedi-strijder Qui-Gon Jinn samen met zijn leerling Obi-Wan Kenobi proberen dit te voorkomen. Zij krijgen hulp van de jonge Koningin Amidala, en de Gungan Jar Jar Binks. Tijdens hun avontuur komen ze terecht op de planeet Tatooine, waar ze de jonge Anakin Skywalker tegenkomen. Qui-Gon en Obi-Wan zien in hem een mogelijk Jedi, en willen 'm gaan trainen.

Padmé Amidala, die haar ambtstermijn als koningin van Naboo er op heeft zitten en nu een plaats in de senaat inneemt, ontsnapt tot tweemaal toe ternauwernood aan een aanslag op haar leven. Jedi-meester Obi Wan Kenobi's leerling Anakin krijgt de taak om haar te beschermen, en er begint iets moois te bloeien tussen de twee. Ondertussen onderzoekt Obi Wan de verbanden tussen de moordaanslagen, een separatistische beweging onder leiding van voormalig Jedi Count Dooku, en de bouw van een kloon-leger op een afgelegen planeet.

Op weg naar de bruiloft van officier Will Riker en raadslid Deanna Troi raken kapitein Jean-Luc Picard en zijn crew afgeleid door een onverwachte diplomatieke missie op de planeet Romulus. De bewoners van de planeet, sinds lange tijd vijand van de Federatie, hebben hun wens naar vredes-onderhandelingen uitgesproken.

De film vertelt het verhaal van Coriolanus (Ralph Fiennes), een Romeinse militair die niet kan aarden in de Romeinse samenleving. Coriolanus’ tirannieke moeder dwingt hem om de politiek in te gaan. Hij hengelt naar een zetel in de Senaat, maar moet daarvoor uiteraard in de genade van het volk komen. Omdat het publiek hem geen steun gunt, ontketent hij in z’n woede een rel die tot zijn verbanning van Rome leidt. In ballingschap smeedt hij een plan met gezworen vijand Tullus Aufidius (Gerard Butler), om wraak te nemen op Rome.

De jonge en naïeve Mr. Jefferson Smith denkt dat hij de wereld kan verbeteren als hij wordt gekozen voor de Senaat. Maar daar aangekomen wordt hij alleen maar geconfronteerd met corruptie en bedrog. In zijn pogingen om hier een einde aan te maken, zet hij bijna zijn carrière op het spel.

In een tijd van diepgaande politieke, burgerlijke en geestelijke onrust worstelt dominee David Hill met de cruciale vraag: heeft God nog steeds een plaats in de politiek? Gedwongen om deel te nemen aan een congresrace na de plotselinge dood van een favoriete zittende partij, neemt David het op tegen senator Peter Kane, een formidabele tegenstander die vastbesloten is religie uit het publieke domein te verdrijven en een grotere verdeeldheid te zaaien.

In de nasleep van de aanslagen op 11 september 2001 maken CIA-agenten gebruik van extreme ondervragingstactieken op de verdachten van de terreuraanslagen. Deze praktijken komen uiteindelijk aan het licht en worden fel bekritiseerd.

Tweedehands-autoverkoper Rudy doet alles om een auto te verkopen, om rijk te worden en om vervolgens politicus te worden. Dat hij na de dood van zijn vriendelijke baas (gespeeld door Warden) strijdt tegen de overnamepogingen van diens demonische broer (ook gespeeld door Warden), heeft niks met moraal en alles met geld en de dochter van de baas te doen.

Don Camillo is intussen bisschop geworden en zit in het Vaticaan. Daar bereiken hem berichten dat Peppone, inmiddels parlementslid, in hun dorp een kapelletje wil laten afbreken. Natuurlijk probeert Don Camillo de plannen van zijn oude 'vijand' Peppone tegen te houden. Zelfs Jezus gaat zich met het conflict bemoeien als het uit de hand dreigt te lopen.

Carter Page III vergezelt rijke, getrouwde vrouwen bij hun wekelijkse spelletje canasta of op een avondje uit. Hij is zelf homo, en zo wekt zijn gezelschap geen argwaan. Robbie Kononsberg is al twintig een vriend van hem die hetzelfde doet. Als Carter op een middag zijn gezelschap Lynn Lockner bij Kononsberg voor de deur afzet en in de auto een boek wil gaan lezen, blijkt er in diens iets gruwelijks plaatsgevonden te hebben. Door zijn geheimen en loyaliteit raakt hij zelf steeds verder in de problemen.

Mackenzie Allen has a lot on her plate -- she has twin teenagers, a 6-year-old at home and an ambitious husband at the office, and she is about to become the first female president of the United States. Before that happens, however; Mackenzie, who serves as vice president, has to decide whether or not to go against the dying wishes of the current president, who has asked her to step down and let someone "more appropriate" fill his shoes in the Oval Office. Not only does the president want her to resign, so does the entire party that elected her in the first place. But when the moment of truth arrives, Mackenzie isn't willing to be a mere footnote in history. Instead of allowing her detractors to keep her down, she decides to trust her instincts and accept the most powerful job in the world.

Twenty year-old Julius Caesar flees Rome for his life during the reign of Sulla but through skill and ambition rises four decades later to become Rome's supreme dictator.